Algemeen : 24 Januari 2006 Waddenprovincies kritisch over PKB Waddenzee
De drie Waddenprovincies Noord-Holland, Groningen en Fryslân laten in een brief aan de Minister van VROM weten zich kritisch op te stellen ten opzichte van de pkb (planologische kernbeslissing) 'Derde Nota Waddenzee'.
De provincies onderschrijven de offensieve strategie van het Kabinet, maar wijzen de concrete beleidsbeslissingen die in de pkb zijn opgenomen af. De drie provincies willen meer ruimte voor ontwikkeling en uitvoering van beleid in het Waddengebied. Ze vinden dat het Rijk zich in de pkb zou moeten beperken tot het Waddenzeegebied en niet 'over de dijk moet kruipen'.
Punten van kritiek op de pkb zijn:
Bouwen in en rond het Wad
De pkb verbiedt de aanleg van nieuwe havens en bedrijventerreinen in of direct grenzend aan de Waddenzee, evenals uitbreiding van bestaande havens en bedrijventerreinen. De Waddenprovincies vinden dit vanuit sociaal-economisch perspectief onacceptabel en zijn van mening dat het Rijk op dit punt een bredere afweging had moeten maken.
Naast Den Helder, Eemshaven, en Delfzijl zouden ook Den Oever en Harlingen in aanmerking moeten komen voor de uitzondering op de hoogtebeperking van bebouwing. De uitzondering moet niet alleen voor havengerelateerde bebouwing, maar ook voor stedelijke bebouwing gelden.
Duisternis
De Stuurgroep vindt dat niet het Rijk, maar de regio verantwoordelijk is voor de landschappelijke kwaliteit in het kustgebied, zoals het voorkomen of beperken van grootschalige lichthinder door bijvoorbeeld kassencomplexen.
Vaarrecreatie
De Stuurgroep wil voor de vaarrecreatie een brede benadering. Daarin moeten veilige en voldoende ligplaatsen, goed beheer van en toezicht in het gebied, tijdige signalering van de bezettingsgraden van havens en goede voorlichting samen zorgen voor de inpasbaarheid van de vaarrecreatie. Dit is effectiever dan de kwantitatieve benadering van 4400 ligplaatsen in de pkb.
Militaire activiteiten
Militaire activiteiten en de bijzondere natuurwaarden van het waddengebied gaan slecht samen, vindt de Stuurgroep. De pkb laat ruimte voor uitbreiding of intensivering van militaire activiteiten in de Waddenzee, terwijl niet alle effecten op de natuur bekend zijn. De Stuurgroep Waddenprovincies wil dan ook dat er heldere afspraken en procedures komen rondom vergunningverlening voor defensieactiviteiten in het kader van de Natuurbeschermingswet.
Noord-Holland
Voor wat betreft de specifieke Noord-Hollandse situatie is het College van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland voorstander van concentratie van marine activiteiten in Den Helder. Het college constateert dat dit binnen de PKB mogelijk blijft. Een belangrijke zaak voor de provincie, omdat de defensieactiviteiten van vitaal belang zijn voor de werkgelegenheid in de Kop van Noord-Holland. Een onderwerp waar gedeputeerde Hans Schipper zich sterk voor maakt. Vanuit dit oogpunt wordt ook gepleit voor ontwikkelingsmogelijkheden voor de havens en behoud van de offshore industrie voor de regio.
Het Kabinetsvoornemen een Waddenfonds op te richten, kan rekenen op steun vanuit Noord-Holland. De provincie gaat er hierbij van uit dat dit in gezamenlijkheid tussen rijk en regio tot uitvoering wordt gebracht. Gedeputeerde Patrick Poelmann, verantwoordelijk voor de Waddenzee: "Met het Waddenfonds heeft de Waddenzee weer perspectief. Op die manier blijft het niet alleen bij plannen, maar kunnen we ook daadwerkelijk wat doen."
De pkb
In de pkb Derde Nota Waddenzee beschrijft het Rijk het beleid voor de Waddenzee voor onder meer natuurbescherming, ruimtelijke ordening, milieu en water voor de komende tien jaar. De inspraakprocedure van het derde concept nota duurt van 12 januari tot en met 22 februari 2006.
Via www.noordholland.nl kunt u de brief mbt dit onderwerp aan de Minister downloaden. (bron: prov. nh)